
TOVERROEDE
Een lied slaapt in alle dingen
Die daar dromen ongestoord,
En de wereld gaat er zingen,
Bij het minste toverwoord.
WÜNSCHELRUTE
Schläft ein Lied in allen Dingen,
Die da träumen fort und fort,
Und die Welt hebt an zu singen,
Triffst du nur das Zauberwort.
Joseph von Eichendorff
(vertaling: Paul Claes)
Bij ons in huis staat er soms ineens een glas te trillen. Het is altijd een wat angstige ervaring, die even doet vrezen voor iets bovennatuurlijks of paranormaals. Rustig stond het glas op zijn plek in het keukenkastje, en uit het niets is er plotsklaps dat hoge snorrende geluid.
Uiteraard weten we hoe de vork in de steel zit: resonantie. Iets daarbuiten trilt met een bepaalde frequentie, een vrachtauto met een stationair draaiende motor bijvoorbeeld, soms op grote afstand, en de trilling daarvan zorgt ervoor dat ook het glas gaat trillen.
In dit gedicht van de Duitse dichter Joseph von Eichendorff (1788-1857) is de dichter de vrachtauto, en de wereld het glas.
"*" geeft vereiste velden aan